Jim van Dongen

Oud- machinist wordt goudsmid

Pielen met pianotoetsen

De wereldzeeën bevaren, scheepsmotoren repareren, grote locomotieven besturen en nu friemelen op de vierkante millimeter van een zilveren broche. Tegenstrijdig? “Welnee. Of ik nu een ring soldeer of een motoronderdeel las: de techniek blijft hetzelfde”, relativeert goudsmid ‘meester’ Jim van Dongen (1945).

Sterker nog. De oud-machinist van standplaats Amsterdam heeft altijd al goudsmid willen worden “Die wens bestond al voordat ik als ketelbinkie op de grote vaart aanmonsterde. Ik had in Amsterdam ooit een goudsmid aan het werk gezien en dat vakmanschap fascineerde me”, herinnert Jim  zich. Het zou tot in zijn ‘middelbare’ jaren duren voordat hij de kans kreeg iets met die droom te doen. Zijn jaren in de scheepvaart en later als bemanningslid bij zeiltochten over de grote oceanen brachten hem op de meest exotische plekken. “En als ik ergens een mooi stukje hout of koraal vond, nam ik het mee om er ooit iets mee te doen.”

Solderen, lassen en vijlen
Na jarenlang ‘zwerven’ was het lastig aarden in een vaste baan. Bij NS vond Jim in 1980 een baan die bij hem paste: machinist. De combinatie van techniek en buiten werken zonder dat iemand je op de vingers kijkt, was voor hem ideaal. Hij was geen makkelijke voor zijn baas, grijnst hij. “Ik was een van de initiatiefnemers van de acties tegen het rondje om de kerk. We hebben spoorgeschiedenis geschreven en daar ben ik trots op.”
Geheel onverwacht werd hij bij een periodieke keuring vanwege gehoorproblemen afgekeurd. “Ik was verbijsterd.” De beslissing werd later teruggedraaid: Jim werd de eerste machinist die met een digitaal gehoorapparaat op de bok zat. “Maar de twijfel was er. Wat te doen als ik uit dienst zou moeten?” Jim begon aan de -gedeeltelijk door NS betaalde- opleiding tot goudsmid. Ik vond het direct fantastisch. Mijn technische ondergrond was een voordeel. Solderen, lassen en vijlen kon ik al.”

Schatkist
Jim ontwikkelde vrij snel een eigen stijl, geïnspireerd op zijn schatkist vol materialen met een verhaal. Naast ivoor, glazen ogen en haaien- en mammoettanden gebruikt hij pianotoetsen voor zijn abstracte, strakke kunstwerkjes. Het ebbenhout en ivoor van de toetsen verwerkt hij vooral in broches, ringen en hangers. “Ik maak niet-alledaagse sieraden. ‘Mooi, maar niet voor mij’, hoor ik vaak”, vertelt de goudsmid. “Dat is niet zo erg, want ik verkoop ze niet graag. Al mijn sieraden zijn mij lief.” Ook na zijn vroegpensioen in 2005 -Jim ontwierp de afscheidsspeldjes voor zijn lichting- is het nooit een vetpot geworden. “Leuren met spullen is niets voor mij”, zegt hij eerlijk. “Ik heb wel geëxposeerd, maar mijn plezier zit in het maken, niet in het verkopen.”

Jim kijkt graag vooruit. Momenteel werkt hij aan sieraden met LED-verlichting. Hij toont een ring met een zilveren bol, waarbij uit opengewerkte openingen rood licht schijnt. En zoals menig kunstenaar bruist hij van de experimentele ideeën. “Ik wil dolgraag met optische glasvezel aan de gang.”

Uit:  KoppelingPlus Kwartaalblad voor gepensioneerde NS-ers, herfst 2013. Tekst: Marja Eestermans. Foto: Felix Kalkman.

Mijn meesterteken